Astrid van Ballegoy
Marketing- en communicatiemanager bij Hitma
Soms kom je tijdens het opruimen iets tegen dat je onverwacht terug in de tijd slingert. Zo vond ik onlangs een artikel dat ik precies twintig jaar geleden schreef.
Het ging over de bijdrage van Hitma aan het prestigieuze OCAP-project. In 2005 ontvingen 500 glastuinbouwers restgas-CO₂ van Shell Pernis via een immens leidingnetwerk tussen Rotterdam en Amsterdam. Binnen negen maanden stond het systeem er en op 7 september opende Koningin Beatrix het officieel. Wij waren trots. Terecht, dacht ik toen.
Toch herinner ik me ook de kritische reacties op het artikel dat ik op de Hitma-site had geplaatst: “Hoe we daar trots op konden zijn, terwijl de industrie zoveel CO₂ uitstootte?” Destijds had ik me nauwelijks verdiept in klimaatverandering. Dat kwartje viel pas jaren later en eerlijk gezegd schaam ik me daar nu een beetje voor.
Toen ik onlangs opnieuw naar OCAP keek, zag ik vooral de waarde van wat er destijds is neergezet. Nog steeds vangt OCAP CO₂ van industriële bronnen af voor gebruik in de glastuinbouw. Daarmee besparen telers miljoenen kubieke meters aardgas en wordt uitstoot voorkomen.
Voor mij is het ook een les in perspectief. Waar ik in 2005 vooral trots was op de techniek, zie ik nu de bredere betekenis. Het liet zien dat hergebruik van CO₂ mogelijk is, dat innovatie samenwerking vereist en dat verduurzaming vaak begint met praktische oplossingen, zelfs als het besef van de grotere klimaatuitdaging nog niet volledig is doorgedrongen.
Soms zijn het kleine stappen, soms baanbrekende. Maar allemaal samen brengen ze ons dichter bij klimaatneutraal ondernemen. Vandaag doen we dat bij Hitma onder de vlag van Hitma Bewust.
Wie weet: misschien blader ik over tien jaar opnieuw door mijn archief en glimlach ik dan om hoe we anno 2025 dachten dat we duurzaam bezig waren. Eén ding weet ik zeker: elke stap telt.
