Er zijn er inmiddels 9 stopgezet, waaronder 7 pyrolyse-initiatieven. Slechts 18 projecten zijn operationeel, samen goed voor 289 kiloton per jaar. Dit staat in schril contrast met de geplande capaciteit van 2,8 miljoen ton, stelt de Vereniging Nederlandse Chemische Industrie (VNCI).
Pyrolyse blijft de dominante technologie met 1,68 miljoen ton aan voorgenomen capaciteit. Het onder hitte winnen van gassen uit polymeren (gassificatie) is grootschalig opgezet, maar nog niet operationeel, terwijl solvolyse en andere processen gebaseerd op het oplossen van kunststoffen slechts een beperkt aandeel hebben. Volgens onderzoekers zorgen onduidelijke EU-regelgeving, hoge energieprijzen en concurrentie uit Azië voor investeringsonzekerheid.
Toch ziet de VNCI chemische recycling als een belangrijke aanvulling op mechanische recycling, vooral voor vervuilde of gemengde plasticstromen die anders niet kunnen worden hergebruikt. De technologie kan hoogwaardige grondstoffen leveren voor onder meer voedsel- en medische toepassingen, en zo bijdragen aan Europese klimaat- en circulariteitsdoelen.
Bekijk hieronder het matrasrecycling programma van Dow, een lopend project:
